logo-liemers-college-award

Notariële statuten

1

OPRICHTING STICHTING

Heden, elf juli tweeduizend elf, verschenen voor mij,

mr. MARTIJN VAN LAWICK VAN PABST, notaris te Zevenaar:

1. de heer ANNO KONING, wonende te Zevenaar, Ooyse Landweg 4 (6905 DT),

geboren te Arnhem op twee augustus negentienhonderd tweeënvijftig, zich

legitimerend met paspoort nummer: NX0P5C9C1, afgegeven te Zevenaar op

dertien mei tweeduizend negen, gehuwd;

2. de heer JEAN THÉODORE MARIE VAN DEN HEUIJ, wonende te

Zevenaar, Zonegge 21-04 (6903 HA), geboren te Arnhem op zes februari

negentienhonderd negenenveertig, zich legitimerend met paspoort nummer:

NUJC36CD2, afgegeven te Zevenaar op zes mei tweeduizend negen, gehuwd.

De comparanten verklaarden bij deze akte een stichting op te richten en daarvoor de

volgende statuten vast te stellen:

Naam en Zetel

Artikel 1

1. De stichting draagt de naam: Stichting LiemersCollegeAward.

2. Zij heeft haar zetel in de gemeente Zevenaar.

Doel

Artikel 2

De stichting heeft ten doel:

1. het bevorderen van ambitie bij middelbare school scholieren;

2. het bevorderen van de eigen ontwikkeling van deze scholieren naast datgene dat

de school hen in reguliere lessen aanbiedt;

3. het stimuleren van activiteiten door deze scholieren op het gebied van onder

meer cultuur, maatschappij, sport/expeditie en studie;

4. het verrichten van alle verdere handelingen, die met het vorenstaande in de

ruimste zin verband houden of daartoe bevorderlijk kunnen zijn.

Bestuur: samenstelling, wijze van benoemen en beloning

Artikel 3

1. Het bestuur van de stichting bestaat uit een door het bestuur vast te stellen aantal

van ten minste twee bestuurders.

2. De bestuurders worden benoemd en geschorst door het bestuur. In vacatures

moet zo spoedig mogelijk worden voorzien. Het bestuur kiest uit zijn midden

een voorzitter, een secretaris en een penningmeester. De functies van secretaris

en penningmeester kunnen door één persoon worden vervuld.

3. De bestuurders worden benoemd voor onbepaalde tijd.

4. Ingeval van één of meer vacatures in het bestuur behoudt het bestuur zijn

bevoegdheden.

5. De bestuurders ontvangen geen beloning voor hun werkzaamheden.

Zij hebben wel recht op vergoeding van de door hen in de uitoefening van hun

functie gemaakte kosten.

Bestuur: taak en bevoegdheden

Artikel 4

1. Het bestuur is belast met het besturen van de stichting.

2

2. Het bestuur is niet bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot

verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen, tenzij het besluit

wordt genomen met algemene stemmen van alle in functie zijnde bestuurders.

3. Het bestuur is niet bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten,

waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich

voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een

ander verbindt, tenzij het besluit wordt genomen met algemene stemmen van

alle in functie zijnde bestuurders.

4. Erfstellingen mogen slechts onder het voorrecht van boedelbeschrijving worden

aanvaard.

Bestuur: vergaderingen

Artikel 5

1. De vergaderingen van het bestuur worden gehouden in Nederland op de plaats

als bij de oproeping is bepaald.

2. Jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar wordt een vergadering

van het bestuur (de jaarvergadering) gehouden, waar in elk geval aan de orde

komt de vaststelling van de balans en de staat van baten en lasten. Daarnaast

wordt elk kwartaal een vergadering gehouden.

3. Voorts worden vergaderingen gehouden, wanneer één van de bestuurders

daartoe de oproeping doet.

4. De oproeping tot een vergadering geschiedt ten minste zeven dagen tevoren, de

dag van de oproeping en die van de vergadering niet meegerekend, door middel

van een oproepingsbrief.

5. Een oproepingsbrief vermeldt, behalve plaats en tijdstip van de vergadering, de

te behandelen onderwerpen.

6. De vergaderingen worden geleid door de voorzitter. Indien deze afwezig is

voorzien de aanwezige bestuurders in de leiding van de vergadering. Tot dat

moment wordt de vergadering geleid door de in leeftijd oudste aanwezige

bestuurder.

7. De secretaris notuleert de vergadering. Bij afwezigheid van de secretaris wordt

de notulist aangewezen door degene die de vergadering leidt. De notulen worden

vastgesteld en getekend door degenen, die in de vergadering als voorzitter en

notulist hebben gefungeerd. De notulen worden vervolgens bewaard door de

secretaris.

8. Toegang tot de vergaderingen van het bestuur hebben de in functie zijnde

bestuurders en degenen die daartoe door het bestuur zijn uitgenodigd.

Bestuur: besluitvorming

Artikel 6

1. Het bestuur kan in een vergadering alleen besluiten nemen indien de

meerderheid van de in functie zijnde bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd

is.

Een bestuurder kan zich in een vergadering door een andere bestuurder laten

vertegenwoordigen nadat een schriftelijke, ter beoordeling van de voorzitter van

de vergadering voldoende, volmacht is afgegeven. Een bestuurder kan daarbij

slechts voor één andere bestuurder als gevolmachtigde optreden.

2. Is in een vergadering niet de meerderheid van de in functie zijnde bestuurders

aanwezig of vertegenwoordigd dan wordt een tweede vergadering

bijeengeroepen, te houden niet eerder dan twee en niet later dan vier weken na

3

de eerste vergadering. In deze tweede vergadering kan ongeacht het aantal

aanwezige of vertegenwoordigde bestuurders worden besloten omtrent de

onderwerpen welke op de eerste vergadering op de agenda waren geplaatst. Bij

de oproeping tot de tweede vergadering moet worden vermeld dat en waarom

een besluit kan worden genomen ongeacht het aantal aanwezige of

vertegenwoordigde bestuurders.

3. Zolang in een vergadering alle in functie zijnde bestuurders aanwezig zijn,

kunnen geldige besluiten worden genomen over alle aan de orde komende

onderwerpen, mits met algemene stemmen, ook al zijn de door de statuten

gegeven voorschriften voor het oproepen en houden van vergaderingen niet in

acht genomen.

4. Het bestuur kan met algemene stemmen ook buiten vergadering besluiten

nemen. Van een aldus genomen besluit wordt door de secretaris een relaas

opgemaakt, dat na mede-ondertekening door de voorzitter als notulen wordt

bewaard.

5. Iedere bestuurder heeft het recht tot het uitbrengen van één stem.

Voor zover deze statuten geen grotere meerderheid voorschrijven worden

bestuursbesluiten genomen met volstrekte meerderheid van de geldig

uitgebrachte stemmen. Bij staking van stemmen wordt het voorstel geacht te zijn

verworpen.

6. Alle stemmingen in een vergadering geschieden mondeling, tenzij één of meer

bestuurders vóór de stemming een schriftelijke stemming verlangen.

Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten briefjes.

7. Blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht.

8. In alle geschillen omtrent stemmingen beslist de voorzitter van de vergadering.

Bestuur: defungeren

Artikel 7

Een bestuurder defungeert:

a. door zijn overlijden of indien de bestuurder een rechtspersoon is, door haar

ontbinding of indien zij ophoudt te bestaan;

b. door het verlies van het vrije beheer over zijn vermogen;

c. door zijn aftreden;

d. door ontslag door de gezamenlijke overige bestuurders;

e. door ontslag op grond van artikel 2:298 Burgerlijk Wetboek.

Vertegenwoordiging

Artikel 8

1. Het bestuur vertegenwoordigt de stichting.

2. De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt mede toe aan twee gezamenlijk

handelende bestuurders.

3. Tegen een handelen in strijd met artikel 4 leden 2 en 3 kan tegen derden beroep

worden gedaan.

4. Het bestuur kan volmacht verlenen aan één of meer bestuurders, alsook aan

derden, om de stichting binnen de grenzen van die volmacht te

vertegenwoordigen.

Boekjaar en jaarstukken

Artikel 9

1. Het boekjaar van de stichting is gelijk aan het kalenderjaar.

4

2. Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de stichting en van alles

betreffende de werkzaamheden van de stichting, naar de eisen die voortvloeien

uit deze werkzaamheden, op zodanige wijze een administratie te voeren en de

daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op zodanige

wijze te bewaren, dat daaruit te allen tijde de rechten en verplichtingen van de

stichting kunnen worden gekend.

3. Het bestuur is verplicht jaarlijks binnen zes maanden na afloop van het boekjaar

de balans en de staat van baten en lasten van de stichting te maken, op papier te

stellen en vast te stellen.

4. Het bestuur is verplicht de in de voorgaande leden bedoelde boeken, bescheiden

en andere gegevensdragers gedurende zeven jaren te bewaren.

5. De op een gegevensdrager aangebrachte gegevens, uitgezonderd de op papier

gestelde balans en staat van baten en lasten, kunnen op een andere

gegevensdrager worden overgebracht en bewaard, mits de overbrenging

geschiedt met juiste en volledige weergave der gegevens en deze gegevens

gedurende de volledige bewaartijd beschikbaar zijn en binnen redelijke tijd

leesbaar kunnen worden gemaakt.

Reglement

Artikel 10

1. Het bestuur is bevoegd een reglement vast te stellen, waarin die onderwerpen

worden geregeld, die naar het oordeel van het bestuur (nadere) regeling

behoeven.

2. Het reglement mag niet met de wet of deze statuten in strijd zijn.

3. Het bestuur is bevoegd het reglement te wijzigen of te beëindigen.

4. Op de vaststelling, wijziging en beëindiging van het reglement is het bepaalde in

artikel 11 lid 1 van toepassing.

Statutenwijziging

Artikel 11

1. Het bestuur is bevoegd deze statuten te wijzigen. Een besluit tot

statutenwijziging moet met algemene stemmen worden genomen in een

vergadering waarin alle bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd zijn.

2. De wijziging moet op straffe van nietigheid bij notariële akte tot stand komen.

Iedere bestuurder afzonderlijk is bevoegd de desbetreffende akte te doen

verlijden.

3. De bestuurders zijn verplicht een authentiek afschrift van de wijziging en de

gewijzigde statuten neer te leggen ten kantore van het handelsregister.

Ontbinding en vereffening

Artikel 12

1. Het bestuur is bevoegd de stichting te ontbinden.

2. Op het besluit van het bestuur tot ontbinding is het bepaalde in artikel 11 lid 1

van overeenkomstige toepassing.

3. Indien het bestuur besluit tot ontbinding wordt tevens de bestemming van het

liquidatiesaldo vastgesteld. In andere gevallen van ontbinding wordt de

bestemming van het liquidatiesaldo door de vereffenaars vastgesteld.

4. Na ontbinding geschiedt de vereffening door de bestuurders, tenzij bij het besluit

tot ontbinding anderen tot vereffenaars zijn aangewezen.

5

5. Na afloop van de vereffening blijven de boeken en bescheiden van de ontbonden

stichting gedurende de bij de wet voorgeschreven termijn onder berusting van de

door de vereffenaars aangewezen persoon.

6. Op de vereffening zijn overigens de bepalingen van Titel 1, boek 2 van het

Burgerlijk Wetboek van toepassing

Slotbepalingen

Artikel 13

1. In alle gevallen, waarin zowel de wet als deze statuten niet voorzien, beslist het

bestuur.

2. Onder schriftelijk wordt in deze statuten verstaan elk via de gangbare

communicatiekanalen overgebracht bericht, waarvan uit geschrift blijkt.

3. Het eerste boekjaar van de stichting eindigt op éénendertig december

tweeduizend elf.

Slotverklaring

Ten slotte verklaarden de comparanten dat bij deze oprichting:

1. het bestuur bestaat uit twee bestuurders;

2. voor de eerste maal zijn bestuurders, in de achter hun naam vermelde functie(s):

a. de comparant sub 1, de heer A. Koning: voorzitter;

b. de comparant sub 2, de heer J.Th.M. van den Heuij:

secretaris/penningmeester.

Slot akte

De comparanten zijn mij, notaris, bekend en de identiteit van de bij deze akte

betrokken comparanten/partijen is door mij, notaris, aan de hand van de hiervoor

vermelde en daartoe bestemde documenten vastgesteld.

WAARVAN AKTE is verleden te Zevenaar op de datum als in het hoofd van deze

akte vermeld.

De inhoud van de akte is aan de comparanten opgegeven en toegelicht.

Na zakelijke opgave van de inhoud van deze akte aan de comparanten hebben dezen

eenparig verklaard tijdig voor het verlijden van de akte hiervan een ontwerp te

hebben ontvangen, van de inhoud van deze akte te hebben kennis genomen en op

volledige voorlezing geen prijs te stellen.

Vervolgens is deze akte na beperkte voorlezing door de comparanten en mij, notaris,

ondertekend.